Ik liep over de Kanaalstraat langs de groententoko’s en ik zag een man de straat oversteken. Hij liet zijn aansteker op de grond vallen en liep door.

“Meneer, u laat wat vallen”, zei ik toen de man mijn kant van de straat had bereikt. Ik zag ook wel dat hij gewoon zijn afval op straat dumpte, maar ik dacht: ik probeer het vriendelijk.

“Ja”, zei de man. “Mijn aansteker was op. Ik heb hem kapot gegooid op straat.” Hij kwam iets dichterbij staan.

“Die kun je toch in de prullenbak gooien?” zei ik terug. Op dat moment had ik pas door dat afvaldumper gehuld in een lichtblauw glimmend trainingspak minimaal anderhalve kop boven me uitstak. Zijn gouden tand leek waarschuwend naar me te blinken, maar waarschijnlijk was dit weer een stukje Van de Pol-breinkronkel.

Ondertussen volgden een vader en vermoedelijk zijn zoon van de groentewinkel het gesprek.

“Dat doe ik later wel. Ik pak hem later wel op”, zei Goudtand. Hij zwaaide druk met zijn hand. Alsof dat de aansteker in de prullenbak zou krijgen.

“Uhm, ok. Mooi. Is het hier ook weer netjes.” Ik wist niets beters uit te brengen. Natuurlijk ging deze man dit nooit never doen.

Ik droop af, liep door en bedacht zoals altijd een minuut later wat voor geniale dingen ik had kunnen zeggen. Ik zag mezelf op een vuilnisbak staan terwijl een menigte zich om me heen verzamelde. Met gebalde vuist met daarin de kapotte aansteker zou ik roepen: “Dit nooit meer!” En dan zou iedereen gaan joelen!

1348515179586_5645249Maar goed, zo heroïsch was ik nu eenmaal niet geweest. Het enige wat ik nog kon doen was teruggaan en zelf die aansteker oppakken en in de prullenbak gooien.

Dus dat wilde ik gaan doen. Ik liep terug naar de scene of crime, maar de aansteker lag er niet meer. De straat was weer schoon.

Ik weet niet wie ‘m uiteindelijk opgeruimd heeft. Misschien de groenteman en zijn zoontje, die medelijden met me hadden. Het gaat erom dat die aansteker in de prullenbak ligt.

Naar aanleiding hiervan ging ik een beetje googelen waarom ik me toch zo knullig voelde om iemand aan te spreken op gedrag dat in mijn ogen a-sociaal is. Uiteindelijk is het denk ik toch de angst voor een afwijzende reactie.

Nu las ik een goede tip: stel je eerst voor en ga een gesprek aan voor je met je vinger gaat wijzen. Klinkt ook wel logisch. Als iemand mij zonder zich voor te stellen aanspreekt op gedrag waar ik me geen kwaad van bewust ben, word ik automatisch ook wat defensief. Maar als iemand zich zou voorstellen en rustig zou uitleggen wat hem of haar stoort, dan zou ik er al meer voor open staan.

Nu vraag ik me sterk af of dit bij Goudtand geholpen had, maar je weet maar nooit. Mensen kunnen je verbazen…